door Eddy Daems
Het eerste werk van een doorsnee wielertoerist na het opstaan, is eens buiten voelen ‘wa weer het is’, kwestie van te weten welke vestimentaire outfit we vandaag zouden dragen. Het voelde zacht aan, ’t zonneke was van de partij en de thermometer gaf 11 graden aan, maar toch opteerde de helft van ons peleton voor een lange broek, de ‘broekschijters’.
Na nog rap de koffiekoeken voor moeder de vrouw bij de bakker te zijn gaan halen, stonden we gelaarsd en gespoord voor een toch wel zware rit aan het begin van het seizoen. Niemand kon toen al vermoeden dat wij na de rit hetzelfde gevoel zouden hebben als Filippo Ganna na de raid van Mathieu en Tadej: ‘Die mannen proberen volgen kost mij twee jaar van mijn leven’.
Het was van bij aanvang meteen duidelijk: Een viertal jonge Snelvoeters (Tom V, Bjorn M, Jelle V, Dave M) had zich vandaag voorgenomen het de anderen eens flink moeilijk te maken en het tempo danig hoog te leggen. De ietwat oudere (maar voor de rest nog fris uitziende) Marc B en Hans T haalden ook hun ‘groot mes’ boven om de gemiddelde snelheid tot net boven de 30 per uur te handhaven. Hun beukwerk zorgde dat ons peleton van 31 renners voortdurend verbrokkelde.
In de dorpen Asse, St-Anna-Pede, Itterbeek en Dilbeek riepen tal van onze wielerhelden tevergeefs om hun moeder. Maar toen bleek de redding nabij: Iets voorbij halfweg kreeg den Dave M ‘het’ niet meer op zijn groot mes. De batterij van zijn Di2 was plat, zo plat als onze energietank aan het einde van de rit (en voor sommigen al iets vroeger) en zo plat als de grote boodschap van Marc V, want die had vandaag overmatig veel last van zijn darmen. Ondanks ons aandringen om op zijn eentje rustig naar huis te rijden, ging Dave vrolijk verder met zijn sadomasochistische neigingen om ons op zondagnamiddag te verplichten in de zetel door te brengen.
De enige moment van verpozing werd ons gegund door een vroege pisstop, waarbij een opmerkzame Snelvoeter aan Michèle vroeg waarom zijn geen bretellen had aan haar fietsbroek, wat bij haar de zin ontlokte: ‘Geen bretellen is broek af en pissen. ’t Zijn niet enkel de venten die chance moeten hebben!’
Onderweg had graafwerken Bart De Hertogh – die zogezegd was gaan mountainbiken – het parcours helemaal opgebroken. ‘Da was een woensdag nog nie’, probeerde de Willy M zich vrij te pleiten. Daarna werd het ook al niet veel beter, want sommigen onder ons hadden spijt niet hun gravelfiets te hebben meegepakt, want het parcours lag met putten en zand bezaaid. Geen kwaad woord verder over de Willy, want al bij al was het weer een supermooie rit om duimen en vingers af te likken.
Geen sprake van een zinderende finale, want naarmate de rit vorderde, zaten steeds meer Snelvoeters op hun tandvlees. In Asse zagen we hetzelfde triest tafereel bij onze collega’s van Willaert-Van Boom. Of zoals Dieter VC het vandaag fijn verwoordde: ‘Keren en draaien, trekken en snokken!’
De boerenwegels die Willy voor ons had uitgezocht, zorgden voor een constant uiteengerokken peleton.
In Londerzeel passeerden we nog enkele collega-wielertoeristen, die aangesproken werden door ons wielericoon Eddy Merckx. Enkele van zijn wijsheden die hij hen in het oor fluisterde: ‘’t Zijn hier allemaal zotten, zenne meneer, die zijn meer dan één vijs kwijt!’
Toen Dave en Jelle in ons lokaal nog eens het grote mes bovenhaalden, sloeg de schrik menig Snelvoeter opnieuw om het hart. Gelukkig gebruikten ze het mes ditmaal voor het aansnijden van de heerlijk smakende rijsttaart ons door Cindy aangeboden. Van de Jurgen geen spoor, gelukkig sprong Geert M bij om iedereen te voorzien van de nodige drankvoorraad.


